Waterfactuur huishoudens
- Een doorsneegezin van 2,3 personen met een verbruik van 70 m³ drinkwater betaalt 421 euro voor de levering van drinkwater en de afvoer en zuivering van afvalwater.
- Er zijn sterke prijsverschillen naargelang de gemeente en het waterbedrijf dat het drinkwater levert.
- De gemiddelde waterfactuur van een doorsneegezin is gestegen van 266 euro in 2010 tot 421 euro in 2023.
Laatst bijgewerkt:
juni 2023
Actualisatie:
Toestand
Een doorsnee gezin in Vlaanderen bestaat uit 2,3 personen en verbruikt 70 m³ leidingwater per jaar. Hiervoor betaalt het in 2023 in totaal 421 euro aan zijn waterbedrijf:
- Vastrecht: 54 euro;
- Levering drinkwater: 149 euro;
- Afvoer afvalwater: 112 euro;
- Zuivering afvalwater: 82 euro;
- BTW: 24 euro.
De huishoudgrootte is een bepalende factor in de hoogte van de waterfactuur:
- Het vastrecht daalt in functie van de huishoudgrootte van 80 euro voor een éénpersoonsgezin tot 0 euro voor een huishouden van 5 personen.
- De grens van basis- en comfortverbruik houdt rekening met de gezinsgrootte. Verbruik lager dan 30m³ per wooneenheid en 30m³ per gedomicilieerd persoon is basisverbruik. Zo ligt de grens voor een éénpersoonsgezin op 60 m³; voor een driepersoonsgezin op 120 m³. Het tarief voor comfortverbruik is het dubbele van dat in basisverbruik.
- In verhouding tot hun drinkwaterverbruik betalen grote gezinnen hierdoor minder.
Er zijn sterke prijsverschillen naargelang de gemeente en het waterbedrijf die het drinkwater levert:
- Het bedrag dat een doorsnee gezin (2,3 personen, waterverbruik 74 m³/jaar) betaalt varieert van 4,70 euro/m³ (Hoogstraten) tot 6,07 euro/m³ (meeste gemeenten bedient door Farys).
- De tarieven voor de zuivering van het afvalwater zijn overal gelijk in Vlaanderen en hangen af van het drinkwaterverbruik maar ook van de huishoudgrootte.
- De prijsverschillen zijn dus gerelateerd aan verschillen in de kosten die de waterbedrijven maken om drinkwater te produceren en te leveren en de kosten die de rioolbeheerders maken voor het onderhoud en de uitbouw van het rioleringsstelsel.
Evolutie
De hoogte van een gemiddelde waterfactuur voor een doorsneegezin is gestegen van 266 euro in 2010 tot 421 euro in 2023:
- In 2015 werd zowel voor de bovengemeentelijke als de gemeentelijke bijdrage een sterke stijging vastgesteld ten gevolge van de ingevoerde tariefstijgingen (+26 % voor de bovengemeentelijke bijdrage). Uiteraard dient dit te worden gezien in het licht van de enorme inspanningen die op gemeentelijk niveau nog geleverd moeten worden om te voldoen aan de Europese verplichtingen.
- In 2016 was er een stijging van de bijdrage voor de levering van drinkwater voor een gemiddeld gezin. Die stijging heeft vooral te maken met de gewijzigde tariefstructuur, deze gebeurde overall budgetneutraal, maar ze zorgde wel voor verschuiving van kostendoorrekening tussen de abonnees:
- Afschaffing van de kosteloze levering van 15 m3 drinkwater per gedomicilieerde per jaar
- Invoering 2 progressieve tariefschijven voor basis- en comfortverbruik
- Sinds 2017 zijn de tarieven van de drinkwatercomponent onderworpen aan een tariefreguleringsmethode en blijven ze, afgezien van de indexering, quasi stabiel.
Meer informatie
- Evaluatie van de tariefstructuur van de integrale waterfactuur
- Impact van de wijzigingen in de tariefstructuur van de waterfactuur op kostentoerekening: een geïntegreerde analyse
- Regulering tarieven