Gevaarlijke stoffen in waterorganismen
- Sommige gevaarlijke stoffen lossen moeilijk op in water maar zijn wel vetoplosbaar. Dergelijke stoffen zijn moeilijk te detecteren in de waterkolom maar stapelen zich wel op in organismen, waar ze dan ook veel makkelijker gemeten kunnen worden.
- Metingen van vetoplosbare stoffen in organismen zijn relevant omdat ze een idee vormen van de biobeschikbaarheid van deze stoffen in het milieu en de mogelijke toxiciteit voor de organismen zelf en voor hun predatoren. Daartoe worden de meetresultaten getoetst aan ecotoxicologisch onderbouwde milieukwaliteitsnormen.
- Het gebruik, de productie en/of de lozing van het grootste deel van deze stoffen is ondertussen verboden of beperkt.
- Een beperkt aantal stoffen overschrijdt vaak en soms in ruimte mate de milieukwaliteitsnorm. Voor enkele stoffen is het percentage normoverschrijdingen gedaald.
Toestand
Een beperkt aantal stoffen overschrijdt vaak en soms in ruimte mate de milieukwaliteitsnorm in de periode 2019-2021.
- Op alle meetplaatsen zijn er overschrijdingen van de milieukwaliteitsnorm voor kwik, PBDE en heptachloor(epoxyde).
- Voor PFOS wordt de norm in 49% van de metingen overschreden.
- De concentraties van benzo(a)pyreen en fluoranteen overschrijden in respectievelijk 26% en 10% van de metingen de milieukwaliteitsnorm.
- Dioxines overschrijden in 14% van de metingen de milieukwaliteitsnorm.
- Voor hexabromocyclododecaan (HBCD), dicofol, hexachloorbenzeen en hexachloorbutadieen worden geen of bijna geen normoverschrijdingen waargenomen.
Verschillende bronnen spelen een rol.
- Voor fluorantheen en benzo(a)pyreen zijn atmosferische depositie en transport belangrijke bronnen.
- Voor kwik zijn atmosferische depositie en bodemerosie belangrijke bronnen.
- Nalevering van historisch vervuild sediment speelt een grote rol voor kwik, heptachloor(epoxide) en dioxines.
De concentraties van PFOS, PBDE en HBCD worden voornamelijk toegewezen aan puntvervuiling door industrie. Voor PFOS zijn huishoudens ook een belangrijke bron.
Evolutie
- De stoffen kwik, PBDE en heptachloor(epoxyde), waarvoor de milieukwaliteitsnorm op alle meetplaatsen wordt overschreden, blijken niet te verbeteren in de tweede meetyclus. Ook in de tweede meetcyclus wordt op alle meetplaatsen de norm overschreden.
- Voor PFOS, dioxines en fluoranteen ligt het percentage normoverschrijdingen in de tweede meetcyclus beduidend lager ten opzichte van de eerste meetcyclus. Het percentage normoverschrijdingen voor PFOS daalt zelfs van 83% naar 49%.
- Voor benzo(a)pyreen wordt geen evolutie waargenomen. Het percentage normoverschrijdingen in de tweede meetcyclus is gelijkaardig aan dat van de eerste cyclus.
- Voor de stoffen HBCD, dicofol, hexachloorbenzeen en hexachloorbutadieen worden ook in de tweede meetcyclus geen of bijna geen normoverschrijdingen waargenomen.
Hoe pakken we dit aan?
De stroomgebiedbeheerplannen bepalen wat Vlaanderen zal doen om de toestand van het oppervlaktewater en het grondwater te verbeteren. Alle maatregelen en acties om de toestand van de watersystemen te verbeteren of de overstromingsrisico's beter te beheren, zijn samengebracht in het maatregelenprogramma. Voor deze indicator zijn vooral Groep 7B - Verontreiniging oppervlaktewater en Groep 8B - Waterbodem van belang.
Het Vlaamse PFAS-actieplan bevat acties om de PFAS (perfluoralkylstoffen waartoe ook de PFOS behoren) en hormoonverstoorders aan te pakken.
Meer informatie
- Teunen L., Belpaire C., Dardenne F., Blust R., Covaci A. en Bervoets L. 2020. Veldstudies naar monitoring van biota in het kader van de rapportage van de chemische toestand voor de Kaderrichtlijn Water 2015-2018 (algemene trends en relaties). Universiteit Antwerpen (UA) in samenwerking met het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO), in opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). Antwerpen, België, 99 blz.
- De stoffen die gemeten worden in aquatische organismen zijn:
- hexachlorobenzeen (HCBz, fungicide en emissie chemische industrie);
- hexachlorobutadieen (HCBd, oplosmiddel voor gechloreerde verbindingen);
- kwik (Hg, allerlei toepassing bv. batterijen, spaarlampen);
- gebromeerde difenylethers (PBDE, vlamvertrager);
- hexabromo-cyclododecaan (HBCD, vlamvertrager);
- fluorantheen en benzo(a)pyreen (PAK’s, onvolledige verbranding fossiele brandstoffen en hout);
- perfluoro-octaansulfonaat (PFOS, vuil-, water- en olieafstotende materialen);
- dicofol (insecticide);
- heptachloor en (cis-)heptachloorepoxide (insecticiden);
- dioxines en dioxine-achtige componenten (onvolledige verbranding);
- polychloorbifenylen (PCB’s; gebruikt in diverse industriële toepassingen).
- Alles stoffen worden geanalyseerd in paling en baars, behalve fluorantheen en benzo(a)pyreen die in mosselen geanalyseerd worden.