Verziltingstoestand van het oostelijk kustgebied
In april 2014 voerde de VMM metingen uit aan de oostkust om de verziltingstoestand van het grondwater te bepalen. De verdeling tussen zoet en zout grondwater werd al eens in kaart gebracht in de jaren 1960 en 1970. Dat is toen bekendgemaakt via de verziltingskaart.
De helikoptermetingen tonen op het eerste zicht een ingewikkelde verdeling van zoet en zout grondwater. Maar wanneer naderbij wordt gekeken, is een verband merkbaar met het soort bodem, de topografie en het zoutgehalte van de waterlopen.
- Verschillen tussen de oude en de nieuwe kaart zijn klein en in hoofdzaak te wijten aan een verschil in interpolatie.
- Het belangrijkste verschil is merkbaar ter hoogte van de achterhaven van Zeebrugge, waar door de ontwikkeling van de haven een verandering in verdeling van zoet en zout grondwater is opgetreden.
- Over het algemeen kan echter uitgegaan worden van een vrij stabiele verziltingssituatie in het oostelijk deel van het kustgebied.
Met een veranderend klimaat en een stijgende zeespiegel bestaat de kans dat het evenwicht tussen zoet en zout grondwater verstoord zal worden. De nieuwe kaart laat toe de situatie op te volgen waardoor tijdig kan ingegrepen worden om de zoetwaterbeschikbaarheid in het gebied veilig te stellen.