Hittegolven: meer, langer, heter
Actualisatie van enkele klimaatindicatoren voor het Milieurapport Vlaanderen (MIRA) toont aan dat het aantal (erg) warme dagen sterk toeneemt sinds de jaren 1970, terwijl het aantal (erg) koude dagen systematisch daalt. De hittegolf in de eerste helft van augustus bevestigt deze trends.
De kwetsbaarheid van mens en natuur voor klimaatverandering wordt niet alleen bepaald door wijzigende jaar- en seizoensgemiddelden, maar zeker ook door wijzigende extremen. Actualisatie van enkele MIRA-indicatoren leidt tot duidelijke conclusies omtrent het voorkomen van (erg) warme en (erg) koude dagen:
- sinds de jaren 1970 nam het voorkomen van hittegolven toe van eens om de 5 jaar, naar gemiddeld één hittegolf per jaar;
- die hittegolven duren ook steeds langer, en bereiken steeds hogere temperaturen;
- steden worden heel wat meer met hittegolven geconfronteerd dan de landelijke gebieden eromheen;
- het aantal ijsdagen met temperatuurmaxima < 0°C halveerde in diezelfde periode (van 10 naar 5 dagen in een jaar), en het aantal vorstdagen met temperatuurminima < 0°C viel in vijf decennia terug met 37 % (van 54 naar 34 dagen).
Meer weten?