Gedachtewisseling wateroverlast in Vlaams Parlement
50 tot 55 mm neerslag op 24 uur tijd
Uit de analyse blijkt dat vooral een centrale strook in Vlaanderen (rond de as Sint-Niklaas, Mechelen, Leuven) de hoogste neerslaghoeveelheden te verwerken kreeg. Op sommige plaatsen was dit zelfs tussen 50 en 55 mm op 24 uur tijd. Door de droge herfstperiode was de bodemverzadiging gelukkig een stuk lager dan de situatie die we in november 2010 kenden. Hierdoor was de hoeveelheid water die afstroomde niet zo uitzonderlijk.
Lokaal noteerden we wel soms zeer hoge waterstanden en piekdebieten. In de Vondelbeek in Lebbeke werd bijvoorbeeld een piekdebiet gemeten dat statistisch maar 1 keer om de 16 jaar voorkomt. Voor het gemeten piekdebiet in de Kleine Molenbeek is dat slechts 1 keer om de 21 jaar. De verklaring ligt bij de intense neerslag die op een korte periode van 12 uur viel. De hoogste piekdebieten werden vastgesteld langs de kleinere stroomopwaarts gelegen waterlopen, aangezien die sneller reageren op hevige neerslag.
30 woningen getroffen in stroomgebied Vliet - Molenbeek
Vooral in het stroomgebied van de Vliet-Molenbeek in Merchtem en Londerzeel zorgde de overvloedige neerslag voor problemen. Een 30-tal woningen in het centrum van Londerzeel kreeg water binnen van de Kleine Molenbeek. Op die waterloop zijn op dit ogenblik 4 wachtbekkens gepland door de provincie Vlaams-Brabant.
De wachtbekkens en beschermingsdijken op de Grote Molenbeek hebben wel de woningen in Londerzeel nabij de Moorhoek en Sneppelaar kunnen vrijwaren. Die wijken werden in het verleden regelmatig getroffen door wateroverlast. De wachtbekkens en beschermingsdijken van de VMM, de provincie Vlaams-Brabant en de gemeente Londerzeel zorgden samen voor 200.000 m³ bijkomende berging. De Vlaamse Milieumaatschappij werkt in dit valleigebied nu verder aan de voltooiing van het wachtbekken in Merchtem.
Naast het stroomgebied van de Vliet - Molenbeek werden ook de stroomgebieden getroffen van de Vondelbeek (Denderbekken) en de Benedenvliet (Benedenscheldebekken). Ook in de bekkens van de Dijle-Zenne en de Gentse kanalen waren er lokaal problemen.
Lees het overstromingsrapport januari 2016.
Conclusies bij de overstromingsepisode van 15 tot 17 januari
Philippe D’hondt, administrateur-generaal van de VMM, concludeerde in het Vlaams Parlement:
“De felle neerslag tussen 15 en 17 januari in Vlaanderen heeft relatief weinig schade veroorzaakt. Dit is gelinkt aan de voorafgaande droge periode, de beschikbare infrastructuur en de inzet van velen op het terrein. Extra beschermingsmaatregelen zijn gepland en zullen de waterveiligheid verhogen, maar de recente gebeurtenissen illustreren dat in onze dicht bebouwde valleien, zeker langs de kleinere waterlopen, bijkomende initiatieven aangewezen zijn. In veel gebieden worden aanwezige woningen te vaak geconfronteerd met wateroverlast. Ik wil dan ook vanuit de principes van de meerlaagse waterveiligheid het belang beklemtonen van de maatregelen en mogelijkheden inzake preventie en paraatheid om de risico’s verbonden aan hevige neerslag te verminderen. De inzet op een individuele bescherming van vaak geteisterde woningen, de versterking van een parate respons door goede crisisoefeningen en noodplannen en de verderzetting van het preventie beleid via onder meer watertoets en informatieplicht zullen er voor zorgen dat Vlaanderen bewust is van de risico’s en daar op een gepaste en betaalbare manier een antwoord op kan bieden.”
Herbekijk de volledige gedachtewisseling in de Commissie Leefmilieu.
Werken aan meerlaagse waterveiligheid
Overstromingen zijn een natuurlijk fenomeen. We zullen ze nooit helemaal kunnen vermijden. Maar we kunnen er wel voor zorgen dat we er geen kater aan overhouden. Je leest er alles over op www.hoogwaterzonderkater.be.