Wachtbekkens en slibruimingen: essentieel voor bescherming tegen overstromingen
Meer dan 50 wachtbekkens beschermen Vlaanderen
Op de onbevaarbare Vlaamse waterlopen die door de VMM beheerd worden, liggen meer dan 50 wachtbekkens. Zij beschermen mensen, huizen, bedrijven en infrastructuur tegen overstromingen. De wachtbekkens vullen zich met water wanneer de waterlopen dreigen over te lopen. Samen zijn ze goed voor een bergingsvolume van 21 miljoen m³ water.
De eerste wachtbekkens dateren al van eind de jaren 70 van vorige eeuw en een tweede reeks werd aangelegd na de grote overstromingen van 1998. Sinds de overstromingen van eind 2010 - begin 2011 kwamen er nog eens 11 nieuwe wachtbekkens bij, met een gezamenlijke inhoud van bijna 2 miljoen m³. De nieuwe wachtbekkens liggen vooral in het overstromingsgevoelige Demerbekken (Demer, Herk, Velpe en Begijnenbeek), in het Denderbekken (regio Geraardsbergen), op de Jeker te Tongeren en in de Vlaamse Ardennen, op de Zwalm en op de Maarkebeek. Ook de valleien van de vele Molenbeken tussen Gent en Brussel zijn nu extra beveiligd.
Hoewel wachtbekkens door de klimaatverandering geen volledige veiligheid meer kunnen bieden bij extreme regenval, zorgen ze wel voor een basisveiligheid. Ze worden centraal aangestuurd en zorgen ervoor dat er zoveel mogelijk water bovenstrooms in de valleigebieden gehouden wordt als de waterloop plots grote hoeveelheden water moet afvoeren.
Slibruimingen voor voldoende afvoer- en bergingscapaciteit
De VMM voert ook slibruimingen uit om de risico’s op overstromingen te beperken. Want waar regenwater niet kan vastgehouden of geborgen worden, stroomt het door naar de waterlopen. Omdat afstromend regenwater sediment met zich meebrengt, slibben waterlopen (in meer of mindere mate) dicht. Dat doet hun waterbergend vermogen afnemen. Om zowel de afvoer- als de bergingscapaciteit op peil te houden, is dus een regelmatige ruiming noodzakelijk. In veel waterlopen is het sediment ook nog eens historisch verontreinigd, waardoor de slibruimingen voor een ecologisch herstel van de waterloop zorgen.
In de periode 2010-2014 heeft de VMM zo meer dan vijftig slibruimingen (inclusief ruimingen van zandvangen) uitgevoerd in de waterlopen onder haar beheer. In totaal is hierbij ongeveer 444.500 m³ slib geruimd. De kosten voor de uitvoering van de slibruimingen bedroegen meer dan € 12.034.000.
De jaarlijkse sedimentaanvoer in de waterlopen zal in de toekomst afnemen als gevolg van erosiebestrijdende maatregelen. De aanleg van zandvangen op strategische plaatsen zal ook de ophoping van sediment beheersbaarder maken en zal de noodzaak aan ecologisch zware ingrepen in de bedding van de waterlopen tot een minimum beperken.