Nieuw ozonfluxmodel voor berekening van ozonschade aan vegetatie
Het model berekent over heel Vlaanderen de phytotoxische ozondosis (POD) voor aardappels, grasland, graan, tarwe, akkerland, loofhout en naaldhout. De schade die door ozon aangebracht wordt aan een plant is namelijk niet enkel afhankelijk van de ozonconcentratie in de omgevingslucht, maar ook van de plantensoort en van omgevingsfactoren zoals de bodem of het vochtgehalte.
Het ozonfluxmodel laat toe om nieuwe MIRA-indicatoren uit te werken waarmee jaarlijks het tijdsverloop en de spreiding van de ozondosis bij de verschillende vegetatiesoorten in Vlaanderen zullen opgevolgd worden. Voor aardappelen en tarwe wordt de ozondosis verder vertaald naar opbrengstverlies. In de studie werd reeds het jaar 2009 doorgerekend, de aardappelopbrengst in Vlaanderen daalde toen gemiddeld met 4,7 % ten gevolge van ozonblootstelling. Voor tarwe bedroeg het opbrengstverlies gemiddeld 10 %.