Eerste hulp bij IT: even Jan bellen!

'Wandelende kopieermachine'

Via de post ontving ik facturen die ik mocht overtypen op een computer die enkel een boekhoudsysteem draaide.

Jan heeft een achtergrond in IT en werkt intussen ook 20 jaar op de informaticadienst. Toch begon hij zijn carrière bij de VMM in 1989 als boekhouder. De technologie van toen stond nog in haar kinderschoenen, weet hij.

“Ik begon niet alleen als boekhouder, maar ook als wandelende kopieermachine,” steekt Jan lachend van wal. “Facturen kwamen binnen met de post en ik mocht die overtypen op mijn computer, die alleen een boekhoudsysteem kon draaien. Het contrast met vandaag is groot als je weet dat ondernemingen nu zelfs verplicht zijn om elektronisch te factureren als ze diensten of producten willen leveren aan de overheid.”

Een van de eerste stappen in de digitalisering van de jaren ’90 was een computer met mailbox. “Geen Outlook die je in een apart venster kon draaien, maar echt een apart toestel voor je mails. Mensen keken elke vrijdag om 16 uur vol verwachting in hun mailbox om de werkweek mee af te sluiten,” herinnert Jan zich.

Opkomst van de digitale werkplek

“Tijden veranderen, maar er zijn de voorbije 30 jaar nooit echt cultuurshocks geweest,” zegt Jan. “Je gaat mee in die geleidelijke veranderingen. Het is wel een feit dat de evoluties steeds sneller gaan. Er is van alles en nog wat gedigitaliseerd en geautomatiseerd waardoor we zowel op het terrein als op kantoor vele versnellingen hoger kunnen schakelen. Niet te vergeten, we besparen daardoor ook hopen papier.”

De Vlaamse overheid investeert in de digitale werkplek voor haar werknemers. We stappen af van de traditionele, analoge werkplek en gaan richting een flexibele, plaats- en tijdsonafhankelijke werkomgeving met als doel een zo goed mogelijke werk-privébalans.

Jan vertelt: “De helpdesk voorziet de bouwstenen van de digitale werkplek. We bieden hard- en software op maat van onze medewerkers aan zodat ze zo goed mogelijk kunnen (samen)werken in de wereld van vandaag en morgen. Dat gaat dan bijvoorbeeld om laptops, smartphones of digitale communicatiemiddelen voor alle werknemers, maar natuurlijk ook om de technische ondersteuning.”

In stroomversnelling door corona

30 jaar geleden zou het nooit zo gemakkelijk geweest zijn om onze dienstverlening te blijven garanderen.

Midden maart moesten wij massaal beginnen thuis te werken en daar kwam veel bij kijken: nieuwe gewoontes aanleren, de thuissituatie zo goed mogelijk organiseren, een bureau zo ergonomisch mogelijk inrichten en aan de slag gaan met digitale hulpmiddelen.

“Had zo'n crisis zich 30 jaar geleden voorgedaan, dan zou het nooit zo gemakkelijk geweest zijn om onze dienstverlening te blijven garanderen. Het is daarom belangrijk om mee te zijn met de snelle evoluties en het is nog belangrijker om daar iedereen in mee te krijgen. Sommigen waren al lang vertrouwd met thuiswerk, maar voor anderen waren dit pas de eerste stappen. Voor hen was de coronacrisis een duwtje in de juiste richting.”

Er werd maar liefst 20 keer meer gevideobeld.

Door het vele thuiswerk barstte het videobellen uit zijn voegen, zag Jan. "Het maandgemiddelde bij de VMM bedroeg voor de coronacrisis zo’n 5.500 videobelminuten, In april en mei lag het maandgemiddelde op 110.000 minuten. Er werd dus maar liefst 20 keer meer gevideobeld. Veel collega's beseffen nu dat je de meeste vergaderingen gewoon van thuis uit kunt organiseren. Dat betekent winst voor het milieu, maar je bespaart ook tijds- en verplaatsingskosten.”

Jan voorspelt dat thuiswerk ingeburgerd zal blijven. “Voor de coronacrisis was kantoorwerk de norm en moest je thuiswerk aanvragen. Misschien zullen we in de toekomst kantoorwerk moeten aanvragen en wordt thuiswerk de norm?”

VMM'er tot de laatste dag

“De werkdruk mag dan wel hoger liggen dan vroeger door de besparingen bij de overheid, toch kan ik niet klagen over mijn loon, werkuren of verlof. De VMM is een plek waar ik altijd graag gewerkt heb en ik zie me hier over 11 jaar ook mijn carrière afsluiten. Ik heb al veel mooie reizen te danken aan de 35 verlofdagen per jaar, dat kunnen ze me niet meer afnemen.“

Wat Jan ten slotte toewenst aan de jarige VMM? “Ik ben trots op het milieubeleid dat we de afgelopen 30 jaar mee hebben kunnen vormgeven. Hopelijk kunnen we als VMM samen met onze partners in de volgende 30 jaar minstens even mooie resultaten bereiken in de verbetering van de kwaliteit van onze leefomgeving."