Matthias onderzoekt de schadelijke stoffen in onze waterlopen
Stalen aanpakken in het labo
Op verschillende plaatsen in Vlaanderen nemen onze staalnemers monsters van het oppervlaktewater, afvalwater en de waterbodem. Die stalen worden geleverd aan het laboratorium van de VMM in Gent. Met die stalen gaat Matthias vervolgens aan de slag.
"Met de data die we in het labo genereren, kunnen we beleidsmakers adviseren over maatregelen om tot een goede waterkwaliteit te komen.”
"Ik werk als onderzoeker op de analyseafdeling van de gaschromatografie," vertelt Matthias. "Ik analyseer vooral de vluchtige organische componenten uit waterstalen. Die zijn in een bepaalde toestand giftig en hebben dan een negatieve impact op de waterkwaliteit en het leven onder water. We monitoren en rapporteren jaar na jaar de concentratie van die stoffen in het water. Zo krijgen we een zicht op de toestand van onze waterlopen op lange termijn. Met de data die we in het labo genereren, kunnen we beleidsmakers adviseren over maatregelen om tot een goede waterkwaliteit te komen. Daarnaast worden de data bijvoorbeeld in rapporten gebruikt of gaan collega's er verder mee aan de slag."
Om specifieke componenten uit een waterstaal te identificeren, gebruikt Matthias (of een collega-laborant) een extractieproces. Nadien injecteert hij het extract in het analysetoestel. Hoe dat toestel precies werkt, legt Matthias je zelf uit in onderstaand filmpje.
Kwaliteit is de norm
Elk anderhalf jaar vindt er een Belac-audit plaats in het laboratorium. Daarbij worden de kwaliteit en onafhankelijkheid grondig doorgelicht. Ook in 2019 doorstond de VMM de audit met glans en werd de Belac-accreditatie verlengd.
“Er worden strenge kwaliteitseisen gesteld. Maar dat moet ook als we onze objectieve en kwaliteitsvolle status hoog willen houden."
Matthias: “Er worden strenge kwaliteitseisen gesteld. Maar dat moet ook als we onze status als objectieve en kwaliteitsvolle instantie hoog willen houden. In ons labo doen we niet aan bandwerk. We bekijken echt elk staal kritisch. Dat maakt natuurlijk wel dat het een arbeidsintensief proces is. Elke analist moet zijn toestel goed kennen, en je moet ook de meest courante technische problemen zelf kunnen oplossen.”
“Bij de VMM hebben we ook bepaalde analyses in huis die in andere labo’s in Vlaanderen niet mogelijk zijn. We zijn fier om op Europees niveau een voortrekker te zijn in onze methode. Bijvoorbeeld voor de stof organotin is de concentratie soms zo laag in het water, dat enkel onze apparatuur die stof kan waarnemen en kan bepalen in welke mate ze aanwezig is. Je kunt het vergelijken met het identificeren van één klontje suiker in pakweg 571 miljard tassen koffie,” lacht Matthias.
Veilig aan het werk
“In het labo kom je dagelijks in aanraking met toxische stoffen. Maar doordat we nauwlettend te werk gaan, blijft het risico gelukkig beperkt. Uiteraard werken we ook met de afzuigkast, waarbij er steeds een glazen wand tussen jou en de stof zit. Bovendien dragen we beschermende handschoenen, een labojas en een veiligheidsbril. Ikzelf heb als brildrager sinds kort een veiligheidsbril op sterkte. Erg handig, want zo hoef ik niet meer te werken met een overzetbril.”
Een kleine stap naar het werkveld
Matthias mocht tijdens zijn studies als Master of Science in de bio-ingenieurswetenschappen een maand stage lopen in het labo van de VMM. Hij studeerde in september 2018 af en mocht in oktober meteen aan de slag bij de VMM.
"Vanuit mijn interesse in het milieu volgde ik de afstudeerrichting 'technologie voor het milieu' en het keuzevak 'analyse van micropolluenten'. Met een groep van 40 studenten kregen we een rondleiding in het laboratorium en de kantoren van de VMM in Gent. Daar zag ik dat een labo helemaal niet zo benauwd en donker hoeft te zijn als het labo van de universiteit. Ook wie de overstap maakt vanuit de privésector, kijkt soms zijn ogen uit als hij hier toekomt. Het is een nieuw gebouw en er is veel ruimte, lichtinval en vrijheid. Er is zelfs zicht op wat groen."
"Dat ik 40 studenten en mijn oud-professor mocht rondleiden, was een fijne ervaring. Zeker als je weet dat ik recent nog in hun schoenen stond."
"Toen ik nadien de kans kreeg om stage te lopen bij de VMM, greep ik die meteen. Het was een stage over afvalwater, waarbij ik organotin mocht analyseren. Ik kreeg de smaak te pakken en mocht na het schooljaar beginnen bij de VMM."
Matthias was nog niet lang van de schoolbanken, of hij mocht zelf al een groep van 40 studenten en zijn oud-professor rondleiden in het laboratorium. "Dat was een fijne ervaring, zeker als je weet dat ik recent nog in hun schoenen stond," lacht Matthias.